Algemene doelstelling:
Binnen psychologie bestuderen de studenten het gedrag van de mens vanuit de uniciteit van elk individu en vanuit de interactie van het individu met zijn omgeving en zijn cultuur. De algemene hoofddoelstellingen hierbij zijn het leren analyseren van gedrag vanuit verschillende modellen/theorieën om dusdanig gedrag van de mens te kunnen begrijpen en verklaren. (IIC)
1 Beginnersniveau: De student heeft inzicht in de psychologie als wetenschap en als meerwaarde voor de opleiding en voor de praktijk van een maatschappelijk werker/personeelswerker.
2 Beginnersniveau: De student heeft inzicht in de verschillende stromingen binnen de psychologie van waaruit de mens/het gedrag van de mens kan bestudeerd en geanalyseerd worden, zijnde het behaviorisme, de psychoanalyse, de humanistische psychologie, de gestaltpsychologie, het structuralisme, het functionalisme en de cognitieve psychologie.
3 Beginnersniveau: De student kan gedrag van de mens kaderen binnen het nature-nurture debat en is in staat aangeleerd gedrag te benoemen en te kaderen binnen de verschillende leermodellen (klassieke, operante conditionering, modelleren, sociaal leren).
4 Gevorderd niveau: De student is in staat om het gedrag van een cliënt in een casus te kaderen binnen de leerprincipes van klassieke en van operante conditionering.
5 Beginnersniveau: De student heeft inzicht in de vorming van de persoonlijkheid, de intelligentie en de motivatie van een cliënt.
6 Gevorderd: De student kan de persoonlijkheid, de intelligentie en de motivatie van de cliënt begrijpen, analyseren en verklaren vanuit specifieke theoretische invalshoeken.
7 Beginnersniveau: De student heeft inzicht in het studiedomein van de sociale psychologie als deeldiscipline van de psychologie.
8 De student kan de thema's: persoonsperceptie, groepsperceptie, zelfperceptie en sociale beïnvloeding kaderen binnen de sociale psychologie.
9 Beginnersniveau: De student heeft inzicht in de principes van persoonsperceptie, waarbij de werkelijkheid niet zomaar passief wordt geregistreerd maar actief wordt geïnterpreteerd en kan worden beïnvloed. De student is hier extra waakzaam voor de invloed van cultuur op groepsperceptie, hetgeen kadert binnen ICC (internationale en interculturele competenties) van openheid, herkenning en respect voor andere culturen. (IIC)
10 Beginnersniveau: De student kan de diverse factoren benoemen die de perceptie van een persoon/cliënt kunnen kleuren, beïnvloeden. Daarnaast is een student in staat verklaringen voor gedrag van mensen te kaderen binnen de attributietheorie.
11 Beginnersniveau: De student heeft inzicht in hoe personen denken, zich voelen en zich gedragen tegenover leden van sociale groepen. Specifiek kan de student processen van stereotypering, vooroordelen, seksisme en racisme theoretisch kaderen en benoemen.
Studenten hebben in het kader hiervan respect voor andere denk-, gevoels- en handelingswijzen binnen andere culturen en zijn hierbij waakzaam voor het gevaar van stereotypering en vooroordelen. Deze doelstelling kadert binnen de IIC: 'openheid, herkenning en respect: zich inleven in andere denk- , gevoels-en handelingswijzen en hiermee respectvol omgaan en binnen de IIC: 'Detecteren van culturele verschillen, vaststellen van interculturele confrontaties en botsingen.
12 Gevorderd niveau: De student kan casussen over de persoons- en groepsperceptie binnen een professionele context van een maatschappelijk werker of van een personeelswerker analyseren en kan tevens tips geven ter verbetering van een objectieve, kritische perceptie van cliënten.
13 Beginnersniveau: De student heeft inzicht in de invloed van de sociale context op het individueel functioneren. De student kan benoemen hoe de sociale omgeving waarin men leeft het denken, de emoties en het gedrag van het individu beïnvloedt. De student heeft hierbij specifiek inzicht in de werking van processen zoals: conformisme, gehoorzaamheid, deïndividuatie, helpen, inschikkelijkheid, sociale facilitatie en sociaal lijntrekken.
14 Gevorderd niveau: De student kan aan de hand van casussen sociale beïnvloeding van gedrag kaderen en verklaren binnen de sociale psychologie.